MENU: Startpagina Boek: "Jongens" (2002) Boek: "Jaarringen" (2004) Boek: "Deventer" 1 (2004) en 2 (2006) Ludgerusdag 2005 In de media... Foto's Bestel info Met dank aan
PUBLICITEIT
Uit: de Stentor - 4 december 2004
Uit: Gooi- en Eemlander - 17 september 2004
Nieuw boekje over einde van Ludgerus
HILVERSUM - Jaarringen/ wegens omstandigheden gesloten, dat is de titel van het tweede boekje dat Rien Overvelde heeft geschreven over de laatste jaren
van de pedagogische academie Ludgerus in Hilversum. De Zutphenaar presenteert het morgen tijdens een reünie in het voormalige schoolgebouw
aan de Oude Amersfoortseweg. Nu is dat het onderkomen van de Evangelische Omroep.
Zijn boek borduurt voort op zijn twee jaar geleden verschenen boek "Jongens
van het internaat". Dat ging over de jaren zestig waarin Overvelde zelf aan
de pedagogische academie voor onderwijzer studeerde. Het boek werd bij oud-studiegenoten en anderen positief ontvangen, maar riep ook vragen op.
Lezers wilden weten hoe het internaat bij de school precies gesloten is, of er nog fraters en leraren in leven zijn en wat eigenlijk kwekelingen waren,
en zo meer. Overvelde besloot wat aan die losse eindjes te doen en schreef andermaal een
boekje. In vogelvlucht behandelt hij de geschiedenis van het kweekschoolinternaat en legt hij nadruk op de jaren 1966-1972. Morgen
presenteert hij het aan oud-klasgenoten die net als hij veertig jaar geleden de school verlieten na vijf jaar lang lief en leed te hebben
gedeeld.
Belangstellenden die een exemplaar van het boek willen, kunnen informatie daarvoor vinden op de website op internet van Rien Overvelde
(www.rienovervelde.nl) of bellen met de auteur: 0575-524734.
Uit:
Gooi- en Eemlander - 12 september 2002
(-alleen tekst-)
'Jongens van het internaat'
- ROMAN OVER LEVEN OP LUDGERUSKWEEKSCHOOL
IN DE JAREN ZESTIG -
door Ed Brouwer
HILVERSUM - Misschien sluit het goed aan bij de nostalgische trend van de
laatste jaren, het gisteren verschenen boek 'Jongens van het internaat'.
Zutphenaar Rien Overvelde (60) geeft daarin in romanvorm een mooi tijdsbeeld van
zijn vijf jaren aan de Ludgeruskweekschool in Hilversum. Van 1959 tot 1964, de
tijd dat het gezag ter discussie kwam te staan, volgde hij de katholieke
onderwijzersopleiding en trok hij de regio door voor stages en vertier.
Bijna veertig jaar heeft hij gewacht met het publiceren van zijn zorgvuldig
bijgehouden dagboekaantekeningen. Maar nu hij inmiddels alweer een punt achter
zijn onderwijzersleven in Deventer en Zutphen heeft gezet, is het van publiceren
gekomen. Op aandrang van Titus van der Weide, met wie
Overvelde vijf minuten na zijn komst op het Ludgerus bevriend raakte en die twee
jaar geleden overleed. Gisteren werd in het door de EO overgenomen
schoolgebouw het eerste exemplaar aangeboden aan de weduwe van zijn oude
kameraad Titus, aan wie het boek ook is opgedragen. Toen Overvelde zich als jong
broekje van zestien bij de St. Ludgerus meldde, had de school een sterke
reputatie opgebouwd. Sinds 1909 werden er jongens uit vooral het noorden, oosten
en midden van het land in vijf jaar tijd ouderwets degelijk voor het
onderwijzersvak klaargestoomd door fraters met welluidende namen als Lebuïnus,
Isidorus, Polycarpus, Crispinus, Willibrordo en 'douchefrater' Monulphus (alias
de Monky) .
De kwekelingen verbleven intern, zelfs al woonden ze om de hoek in Hilversum.
Dicht opeen, groeiden de jongens naar volwassenheid in een periode die achteraf
de scherpe overgang bleek te zijn van de tijd van orde en gezag naar de huidige
samenleving van veel vrijere normen en waarden.
De oud-Ludgeriaan beschrijft in vijf hoofdstukken, die elk een schooljaar
beslaan, hoe het hem is vergaan sinds zijn ontgroening en ook hoe de school in
korte tijd veranderde en de deur naar de wereld moest openzetten. De verhalen
lezen soepel weg en geven veertigplussers een herkenbaar tijdsbeeld. Overvelde
is wat zakelijk als hij schrijft over het onderwijs op de school en de
proeflessen die de jonge studenten geven op katholieke lagere scholen in
Hilversum en omringende gemeenten. Daarnaast beschrijft hij heel openhartig hoe
hij zelf was in die tijd. Hoe hij z'n vrijheid bevocht, maar zich met z'n gitaar
ook stil kon terugtrekken. Hoe de studenten met elkaar en de fraters omgingen.
Hoe hij worstelde met onzekerheden en de vele vriendinnetjes die serieuze
plannen met hem hadden. Hoe de vakanties thuis waren, de klassikale dansles bij
Van Bommel, het voetbal bij EMM. Hoe hij met zijn bandjes The Sunbeams en The
Red Rubies optrad in de kelder onder de Verrijzeniskerk. En hoe de Hilversumse
familie Klaassen hem al die jaren als een soort tweede familie heeft opgevangen.
Klefheid
Hij verhult niet dat hijzelf en veel medestudenten moeite hadden met de
'klefheid' van sommige fraters. Die hadden zich soms de rol van 'kunstmoeder'
aangemeten voor de jonge jongens die veelal ver van huis waren. 'Ze konden niet
altijd met de vingers van je afblijven. Bij een enkeling was het zo erg, dat hij
over je heen boog als hij iets wilde uitleggen, of tegen je aan stond te
wrijven. Er werd in de klas openlijk over gesproken, maar je moest jezelf er wel
tegen wapenen.' Anderzijds waren er ook fraters die de jongeheren op een 'nette'
manier aan de vrouw probeerden te brengen. Zo werd het contact met verpleegsters
van toen nog het Rooms Katholieke Ziekenhuis (RKZ) gestimuleerd. De fraters
hadden het trouwens niet gemakkelijk met de jongens die door de veranderende
tijdgeest de vrijheid roken. Klasgenoot Johan Kuipers weet dat de fraters hun
klas onderling als 'de hel' beschreven.
Achterin het boek staan nog zo'n zestig oude foto's van studenten die keurig in
het pak zitten of verkleed zijn voor de vele toneeluitvoeringen die er op de
Lugerus werden gehouden. Jammer aan het boek is, dat het abrupt stopt zodra
Overvelde na ernstige tegenwerking door een wrokkige leraar de school
diplomaloos en teleurgesteld verlaat. Gelukkig komt het kort daarna toch goed
met hem. Hij haalt op de Rijkskweekschool in Deventer zijn onderwijsbevoegdheid
en behoudt daarmee zijn aanstelling aan een kleine school in het Overijsselse
plaatsje Lettele.
Haat-liefde
Dat juist Overvelde van zijn lichting van 48 studenten het boek heeft
geschreven, is eigenlijk frappant. Hij heeft duidelijk een haat-liefdeverhouding
met de kweekschool, waarvan hij het gevoel heeft dat zij hem heeft laten
barsten, maar waarvan hij ondanks een prima leven daarna nooit is losgekomen. De
aanvankelijke titelsuggestie 'Ludgerus Syndroom' zegt wat dat betreft genoeg.
Ludgerus was nooit een afgesloten boek, vertelde hij gistermiddag tijdens een
intieme bijeenkomst met oud-schoolgenoten in het kapelletje van de EO. Tijdens
eerdere reünies hoorde hij verhalen vertellen die niet meer helemaal klopten.
Toen had hij besloten om voor volgende generaties vast te leggen hoe het
emotionele internaatsleven tijdens de 'beladen' beginjaren zestig werkelijk was,
zei hij gisteren. Toch bleef er twijfel of het allemaal niet te persoonlijk was.
Uiteindelijk gaf zijn vriend Titus van der Weide het laatste zetje. Met financiële
hulp van de paters van Utrecht lukte het om in eigen beheer het boek in een
oplage van vijfhonderd stuks te drukken.
'Jongens van het internaat' moet 13,50 euro exclusief verzendkosten opbrengen en
is bij de auteur te bestellen, tel. 0575-524734.
Voor artikel én foto uit Gooi- en Eemlander (ingescand): klik hier
Op woensdag 11 september 2002 werd het eerste boek uitgereikt aan Anneke van der Weide, de weduwe van Titus, mijn beste vriend aan wie het boek is opgedragen. Deze feestelijke uitreiking vindt plaats in het gebouw van de voormalige Sint Ludgeruskweekschool: de huidige EO-studio in Hilversum.
Op 7 september 2002 stond onderstaand interview in het Gelders Dagblad regio Zutphen / Apeldoorn.